maandag 11 april 2016

Ook vroege vogels kùnnen vliegen

Het is zover! Vandaag mag Rube voor het eerst naar school!
2,5 jaar geleden was hij nog een klein vogeltje. Te vroeg op de wereld gekomen, nog niet helemaal uitgebroed. Dus het vogeltje mocht nog een paar weken in de broedkast.
Nu heeft het kleine vogeltje geen donsjes meer. Zijn vleugels maken zich klaar om te vliegen.
De eerste vlucht: naar de klas.




de ochtend

‘Mama,’ zegt Norah, ‘ik denk dat ik wel een probleem heeft.’
‘Ja?' zeg ik, ik loop al de hele morgen heel licht gespannen en ben er met mijn gedachten niet helemaal bij.
‘Ja,’ zegt Norah. ‘Ik heeft beloofd aan tante Lize dat ik goed voor Rube ga zorgen op school. Maar Rubes klas is een beetje te ver van mijn klas, dan kàn ik niet goed voor hem zorgen!’
‘Dat is niet erg,’ zeg ik, ‘zorg maar goed voor Rube op de speelplaats. In de klas zal hij wel nieuwe vriendjes maken.’

Ik maak Rube stilletjes wakker. Gisteren was hij geschminkt als leeuw, er zit nog een vaag oranje gloed op zijn gezicht.
‘Vandaag is het een leuke dag!’ zeg ik. Rube giechelt.
‘Weet je waar we heen gaan?’
Rubes ogen zijn nog dichtgelijmd met slaap. De flanellen pyjama en de warrige haren maken het plaatje compleet. Hij is nog zo’n klein jongetje.
‘Spelen inne atelier!’ zegt hij blij.
‘Nee’, zeg ik, ‘vandaag mag jij naar school!’
Ik krijg een grom en een pruillip. En de vraag waar papa is.

onderweg

Onderweg naar school klaart Rube helemaal op. Ik maakte voor hem een lederen boekentas met een auto er op. Uiteraard, want Rube heeft een geweldige boon voor alles wat wielen heeft.
De boekentas, dat is zijn trots, zijn opstapje naar de ‘grote-kindjes-wereld’. In het atelier heeft hij al een paar keer geoefend. Dan liep hij de hele dag met zijn boekentas op zijn rug, en af en toe stak hij er iets in wat op school eventueel nuttig zou kunnen zijn.
Een lepel, een stukje papier of een zonnebril.
Met zijn boekentas op zijn rug nemen zijn fierheid, zijn beleefdheid en zijn leeftijd exponentieel toe.

Dus zo stappen we naar school: met een dappere jongen die er klaar voor is!
Hij zingt het stapliedje mee uit volle borst.'Een, twee, vier, zes, zes, zeeeeeeven! Zoooooo goed! zooooooo beter! Nanananana meter! nanananana sleten!
Na een tijdje oppert hij zelfs om zélf een liedje te zingen. Over een konijn.
'Jamand pra monopo jamina kalaka zofoloooooo. Manoeka lamana fralanooooo. Koniiiiiijjjjjjjjn.’ zingt hij.
Hij is best wel schattig, zo dapper stappend en zingend.
Maar stiekem vragen we ons af of er iemand op school zal zijn die begrijpt wat hij zegt.

op school

Rube is niet onder de indruk. Het fluohesje gaat aan de kapstok, de boekentas netjes in het rijtje. Hij doet een plasje op het ieniemini-toiletje (hoera! Nu maar duimen voor een droge broek).
En we krijgen een zoen en een kakevient (dikkevriend).
Wat kan het hém schelen, dat we met een week hart achterblijven? Ouders moeten zich dringed leren vermannen, moet hij gedacht hebben.

In mijn ooghoek zie ik hoe de juf getrakteerd wordt op een kleine grom, als ze te dicht komt.
Hij voelt zich duidelijk al helemaal thuis.

de middag

Als ik de kindjes van school haal, valt het me onmiddellijk op: Rube draagt dezelfde broek als deze morgen! Dat had ik niet verwacht!
Ons Rubeke is perfect zindelijk. In zijn blote poep. Van zodra ik een poging doe hem een broek aan te trekken, ziet hij dat als het signaal om te plassen. Een droge broek is dus reden tot innerlijke mamavreugde. *doet een klein onzichtbaar vreugdedansje*

Rube was flink geweest in de klas.
'De bankjes waren nog wat moeilijk', zegt de juf, 'hij wilde niet gaan zitten.'
En ik begrijp hem wel. Waarom zou hij braaf op de bank gaan zitten, in een veel te kleine kring, met veel te veel kindjes, als net dàt het moment is dat àl het speelgoed vrij is? Helemaal voor hem alleen!
Ik ben blij. Dit komt helemaal goed.

Aan tafel valt hij bijna in slaap, en ik stel zelfs niet meer voor om terug te gaan in de namiddag.

Conclusie

We hadden het erger verwacht. We hadden gedacht dat Rube de gaten in het hek zou ontdekken en op verkenning in de achterliggende wei zou gaan. We hadden gedacht dat de klasgenoten niet heelhuids aan zijn aanwezigheid zouden kunnen ontsnappen. We hadden gedacht dat de juf een uur na zijn aankomst het noodnummer zou bellen.
We hadden gedacht dat op z'n minst zijn broek nat zou zijn. Maar nee, zelfs dàt niet!

Wie hier een hilarisch verhaal over kleine krapuultjes had verwacht, is er aan voor de moeite.
Dus om de context toch wat aan te kleden, show ik met plezier even met zijn #selfmade boekentas. ;-)
Hopelijk gaat het morgen even goed!





Geen opmerkingen:

Een reactie posten