
Met toch een kleine verontrusting kijken we naar de enorme tand die tevoorschijn komt. Letterlijk dubbel zo breed als zijn schattige buurman, en zich duidelijk niet bewust van de richting waarin hij moet groeien.
“Ik ga er moeten aan wennen hoor,” zeg ik, “aan een mond vol grote tanden!”
“Waarom zijn kleine tandjes eigenlijk melktandjes en niet gewoon ‘kindjestandjes’?”, vraagt Norah.
“Hmmmmm”, zeg ik, “ik weet het eigenlijk niet. Het kan helemaal mis zijn, maar ik vermoed dat het iets te maken heeft met de periode in het leven dat die tandjes groeien.”
“Omdat kleine kindjes veel melk drinken?”, vraagt Norah.
“Dat kan”, zeg ik.
Norah denkt na.
“Maar waarom heten grotemensentanden dan ‘grote tanden’? Dan kan je ze toch beter Koffietanden noemen!
Ze grijnst.
Of Alcoholtanden!”
Geen opmerkingen:
Een reactie posten